Deel 6 Langs de Portugese kust (juli)
Vanaf a Guarda was er niet veel variatie in de tochten. Met de wind voornamelijk de Portugese Nortada (Noordenwind), kracht 1 tot 6 bf leidde dat tot veel gerol. Indien de wind boven de 10 knoop kwam konden we pas gaan zeilen, meestal met de genua en de bezaan.De Vadere ll en de Horizon volgden ons naar A Guarda, een vissers- en grensplaatsje in de provincie Pontevedra, regio Galicië.
Met de ‘Horizon’ in ons kielzog zijn we van a Guarda naar Porto gegaan. Een traject van ongeveer 50 mijl. Op de Rio Douro, vlakbij de jachthaven zijn we op anker gegaan. Op een paar honderd meter zien we de imposante boogbrug die Noord en Zuid met elkaar verbinden.
De rivier wordt intensief gebruikt, rondvaartboten, open zeilboten, jetski’s, motorboten, windsurfers, paddleboarders alles komt langs. De vadere II is een paar dagen eerder de haven ingegaan. Ze wachten op een vriendin die een weekje mee komt zeilen. Samen met de Horizon worden we uitgenodigd voor een gezellig avondje bij hun aan boord. Als we aan land willen, mogen we de Dinghy aan de Vadere II vastleggen. Dat komt goed uit, omdat we nog boodschappen moeten doen. Ai, de supermarkt is berg opwaarts ongeveer 30 minuten lopen en het is erg warm. Als we halverwege zijn gaat Bobby erbij zitten. ‘Ik heb hier geen zin’, zie je hem denken. Onderhand weten we dat hij erg sterk is in het doorvoeren van zijn eigen zin. Ik zal hem wel weer een stukje gaan dragen. Met een afgeladen (rol)tas vol boodschappen varen we in de dinghy terug naar Dasher. Hoe krijgen we dat aan boord? Voor de buitenboordmotor heb ik een takel gemaakt die via de giek van de bezaan naar een lier loopt, hiermee kunnen we ook het boodschappenkarretje aan boord hijsen. Wat kun je soms blij zijn met je uitvinding! Succesvol krijgen we alles eenvoudig aan boord.
Als je Porto bezoekt kun je niet om een Port proeverij heen. Dus wij aan de Port. Bij een gelegenheid voor Portproeven (Calem), het zijn er veel, kregen wij 6 glazen port, in volgorde van leeftijd op een dienblad aangedragen. De ober kwam met een interessant verhaal over de verschillende soorten en natuurlijk, als ‘ervaren’ portkenners snapten we het volledig. Of toch niet….. Na de 6 glazen hadden we het wel een beetje zitten. Er was 1 soort die we we lekker vonden (de witte Calem port), misschien toch maar een flesje meenemen. Maar toen Jolanda er naar vroeg kreeg ze het advies om het niet hier te kopen maar bij de winkel ernaast, veel goedkoper!!
Voordat we aan de Port gingen hebben we het historisch centrum bekeken. Portugal heeft veel te lijden gehad van het bewind van Salazar, deze dictator heeft tot 1974 alle buitenlandse invloeden uit Portugal verbannen. Het gevolg was minder economische ontwikkeling en stagnering van de infrastructuur. Toen in de 20e eeuw er een eind kwam aan het bewind van Salazar en Portugal in 1986 lid werd van de Europese Unie kwam er versnelt herstel. Ook Porto kwam tot modernisering. Het is nu een bruisende stad met veel restaurantjes en vele gezellige winkeltjes.
Vanaf onze ankerplek kijken we uit op de Maria-Piabrug, genoemd naar de voormalige koningin van Portugal.
Na Porto varen we naar Sao Jacinto, een 30 mijl beneden Porto. Alweer varen we samen met de Horizon op. De aanloop naar de ankerplek was pittig, we varen een paar mijl stroomopwaarts en dat met 3 a 4 knoop stroom tegen. Gelukkig hebben we een krachtige motor en bulderen we tegen de stroom in naar de ankerplek.
In de kom van dit pittoreske havenplaatsje (met aan de overzijde een industriegebied) liggen we gebroederlijk naast elkaar op anker, 2 prachtige HR schepen. We voelen ons ‘de koning te rijk’. Als we met de dinghy’s aan land gaan, voelen we de harmonie en de locale sfeer van de bewoners. Deze mensen wekken de indruk dat ze tevreden zijn. Als we op zoek zijn naar een plekje om de dinghy aan te leggen wordt ons de plek gewezen. Engels spreken ze niet, maar het is duidelijk dat we welkom zijn en dat de dinghy’s tussen hun vissersbootjes mogen liggen. We blijven hier een paar dagen liggen en besluiten om morgen met de pont naar Aveiro (een grote stad aan de overkant) te gaan. Aveiro, ook wel genoemd klein Venetië is erg toeristisch. Door het kanaal varen kleurrijke gondels.
Met de stroming mee verlaten we de ankerplek, nu koers naar Figuera da Foz, daar nemen we afscheid van de Horizon. Bobby vindt het echter niet leuk en springt uit baldadigheid op de dinghy. Zo bengelt hij op het randje van de dinghy heen en weer totdat we hem terug roepen.
Wij gaan een aantal dagen naar onze vrienden Gerda en Daniel. Zij zijn 12 jaar geleden uit Nederland vertrokken en zijn een gastenverblijf gestart in Povoa de Midoes , vlakbij Tabua. Hou je van wandelen of mountainbiken dan is dit een prachtige en rustige locatie om naar toe te gaan.
zie: https://www.vakantieinportugal.com
Wij hebben weer een fantastische tijd met hen doorgemaakt. Vlak voor Daniel’s verjaardag, speelde Dagiro live-rockmuziek uit de jaren 80, aan de rand van het zwembad op de luxueuze glamping: Quinta dos Corgos in Tabua. We hebben genoten van de mooie entourage, heerlijke maaltijd en geweldige live muziek!
We hebben een mooie tijd samen doorgebracht, na de vele ‘oude koeien’ en de problemen in de wereld is het weer tijd om verder te gaan.
De volgende plek die we aanlopen is Nazare, hier gaan we diesel tanken, het goedje wordt gulzig door onze motor verteerd. Er is een pomp aan de steiger met daarachter aan de wal een Shell pomp voor auto’s. Er is niemand om ons te helpen, maar iemand wijst ons om naar het pompstation te lopen. Jolanda loopt erheen en komt 5 minuten later weer terug. Ze zegt dat ik op de noodknop moet drukken, dan kan de pompbediende aan wal de knop omzetten. Jolanda zal echter in het pompstation moeten blijven. A fijn na enige keren drukken, lijkt dat niet te gaan werken. Ik bel Jolanda en vraag haar of iemand mee kan komen. Jolanda komt weer teruglopen met de zeer vriendelijke havenmeester. Na enige verwoede pogingen blijkt het ook hem niet te lukken. Jolanda loopt nu voor de derde keer heen en terug en verteld mij dat de knop binnen niet omgezet kan worden vanwege een defect. Morgen zal de reparateur komen. Het wordt diesel vullen via jerrycans vanaf het pompstation.
In Nazare hebben we veel goede herinneringen liggen. De jachthaven was geïntegreerd in de vissershaven, maar als we de haven binnenvaren zien we dat er het een en ander is veranderd. Er is 4 jaar geleden een nieuwe jachthaven gebouwd, ver weg van de vissers. Nieuwe straten zijn aangelegd. De wandelboulevard is een groot circus geworden. Het is niet meer het oude rustieke Nazare wat we in onze herinnering hadden. De authentieke scheepjes zijn strak in de verf gezet en keurig op een rijtje op het strand gezet, ze lijken wel nieuw. Het krioelt van de restaurantjes, maar er is geen echte sfeer. Het toerisme heeft hier hard toegeslagen. Alleen de stokvis wordt nog op de traditionele wijze gedroogd op rekken op het strand en verkocht door de vissersvrouwen.
De tijd staat niet stil, we zitten alweer eind juli. Begin augustus moeten we in de buurt van Lissabon zien te komen. Jolanda’s familie zal dan naar Lissabon komen.
Na 2 dagen rekenen we af we bij de zeer vriendelijke en bereidwillige havenmeester van Nazare. We gaan op weg naar Cascais, de plek waar de watermaker gerepareerd wordt en we onze nieuwe aanwinst; de parasailor op kunnen halen. Ook komen Jolanda haar moeder, haar zus en zwager ons binnenkort bezoeken in Oeiras.
Cascais is de duurste haven tot nu toe. We hebben 1 nacht geboekt en mochten € 80 aftikken. Als de klusjes geklaard zijn en de boodschappen binnen, gaan we naar de jachthaven in Oeiras, bij de monding van de rivier de Taag. Om de haven in te varen moet je goed letten op de stroming die dwars op de haven staat (bij laagwater 3-4 knoop), even te vroeg indraaien en je zit op de klippen. Hier blijven we een poosje. Samen met de familie (moeder, zus en zwager) hebben we het fijn, het is toch bijzonder dat Oma van 82 dit nog allemaal kan en doet. We hebben haar zelfs nog bij ons aan boord gekregen. Petje af!
Jolanda heeft hen nog een middag en avond in Lissabon bezocht. Het openbaar vervoer is goed geregeld, met de trein is het ongeveer 20 minuten vanaf Oeiras naar Lissabon centrum.
Augustus
Orca’s,
Al een paar jaar worden zeilers langs de kust van Spanje en Portugal lastig gevallen door Orca’s. We hebben ons er nog niet zo druk overgemaakt, statistisch gezien is de kans dat je het haasje bent niet zo groot. Honderden schepen verplaatsen zich dagelijks langs deze kust. En het aantal incidenten beperkt zich tot tientallen per jaar. Maar toch, het zal je maar overkomen! Wat doen deze ‘mooie’ visjes dan? Wel, ze hebben een lengte van 7 a 8 meter met een gewicht van 5 ton. Met dat gewicht bumpen ze tegen je boot. Wat ze ook leuk vinden is knabbelen en knagen aan je roer of duwen aan het roerblad. Menig aangevallen jacht moet op de kant voor serieuze reparaties. Toen we in Cascais op anker lagen, kregen we bericht dat er voor de kust van Sines een zeiljacht door Orca’s is aangevallen en vervolgens is gezonken.De familie heeft zich kunnen redden in een noodvlot, dat opgepikt is door de kustwacht. Tja, dat kan dus ook. Met dat soort signalen zijn het geen lieve vissen meer, maar lijken ze meer te hebben van de Orc’s uit de serie ‘ Lord of the Rings’ Ook die kom je liever niet tegen.
Het advies van de overheid is: bij een aanval, zeilen naar beneden, motor uit, niet aan het roer komen en melden op kanaal 16. Ook moet je je niet laten zien, waarschijnlijk zijn ze na 30 minuten weg. Zeilers hebben daar een aanvullend protocol bij bedacht. Dat is achteruit varen, echter de overheid staat hier niet achter, aangezien de Orca een beschermd dier is en de schroef het dier kan beschadigen. In het protocol staat ook dat wij mensen (zeilers) inbreuk maken op de natuurlijke leefomgeving van deze visjes. Tja, overheid aan wiens kant sta je??
Er zijn zeilers die eigen maatregelen nemen, zoals allerlei chemicaliën meenemen en deze overboord kiepen zodra de Orc’s langszij zijn. Dat kan en mag natuurlijk ook niet. Andere maatregelen zijn in de markt gebrachte apparaten die ‘ping’ geluiden geven waar de Orca’s niet van houden. Deze zijn, omdat de Orca een beschermd diersoort is, verboden.
Het gedoe over de Orca’s bepaalt dat we besluiten zoveel als mogelijk langs de kust verder naar het zuiden te varen. We gaan geen grote omewegen maken. Om de Orca’s te vermijden gaan we niet dieper dan 30 meter te varen. Bij een confrontatie halen we de zeilen weg, zetten de elektronische apparatuur uit en de motor in z’n achteruit tegen de richting van de Orca’s in.
We gaan door naar Sines. Als we vroeg vertrekken hangt er een lichte mist. Dit is de hele week al het geval, in de loop van de middag klaart het op en krijgen we weer 25 graden.
Door zo kort langs de kust te varen is het extra opletten op de de vistonnetjes, het krioelt ervan. Af en toe snijden we een stukje af of kiezen we voor meer diepte om de vele tonnetjes te omzeilen. Tot nu toe hadden we de wind pal van achteren, maar deze is volledig gedraaid. Nu hebben we hem pal op de kop. Zeilen zit er niet in.
We naderen Sines, in de aanloop zien we veel petro-chemische industrie. Zouden we hier wel een mooie plek kunnen vinden. Een aantal zeeschepen liggen voor de ingang op anker. Het is even puzzelen hoe we de haven in kunnen varen. In de pilot lezen we in een aantekening dat in het verlengde van de nieuwe strekdam er nog een oude strekdam onder water ligt. Het eind wordt gemarkeerd met een rode ton. Met de verrekijker zoeken naar deze ton op een stuiterend schip is niet makkelijk. Uiteindelijk vinden we hem, als we deze aan stuurboord passeren zien we in de verte de ankerplaats. Dat ziet er goed uit! We zien weinig meer van de industrie en een prachtige beach verschijnt aan de horizon. Niet ver daar vandaan laten we het anker vallen.
In Sines is een foodvestival aan de gang. De boulevard staat vol met kraampjes waar je allerlei etenswaar kunt kopen. En ‘s avonds treden er lifebands op. Zeker de eerste avond met muziek van U2 en Dire Straits was het genieten aan dek.
Sines is een mooie plaats, het heeft een ruime boulevard en veel historische gebouwen. Aan de boulevard staat een gigantisch groot beeld van ‘ Vasco da Gama’, Portugees ontdekkingsreiziger.
We blijven een dagje liggen, het bevalt ons hier wel. Aan het eind van de middag komt een Subboard langszij en zien we een bekend gezicht. Het is Leon, schipper van de Regina Larska. In La Coruna hebben we naast elkaar gelegen (zie eerdere blog) Bij ons aan boord delen we onze ervaringen. Hij is goed bekend in deze regio. Nu is hij met zijn familie op weg naar de Algarve. In Faro vliegt de familie terug naar huis en ontvangt hij weer gasten voor de terugweg naar La Coruna, de thuishaven van de Regina Larska.
En dan het laatste traject voordat we de Algarve induiken. Wederom kiezen we voor de veiligste weg langs de kust. Het is traject van ongeveer 65 mijl, dus we vertrekken op tijd. Samen met Geronimo solosailor en de Regina Larska varen we langs de kust. In de verte zien we ook een paar zeilschepen die niet voor de kust kiezen. Zij trotseren het risico op Orc’s. Aan het eind van de rit moeten we nog een Kaap (Cabo de Sao Vicente) ronden. Bij de kapen in het algemeen kan het hard waaien. Onze zeilvrienden waarschuwden ons dat je op tijd de zeilen reeft. De Horizon heeft hier een goeie 30 knopen wind gehad, maar als wij in de buurt zijn verandert er niet veel. De wind is niet of nauwelijks toegenomen, dus met een rustig gangetje draaien we om de Cape heen.
Eerste bestemming in de Algarve is de ankerplek Baleeira.
Wijziging van ons vaarplan
We hebben besloten ons vaarplan te wijzigen, om onze jonge medereiziger en z’n begeleiders beter aan elkaar te laten wennen, gaan we eerst de Middellandse zee in. Ook zijn er nog een aantal belangrijke verbeteringen aan Dasher uit te voeren. Toen we in 2015 de Middellandse Zee doorkruisten hadden we al het voornemen om hiernaar toe terug te gaan.
We zien wel hoe het in de tijd verloopt. Tot nu toe vinden we het allemaal prima.
De avonturen in de Algarve volgen in het volgende blog.